

Tweede kerstdag
Het is een paar dagen voor Kerstmis. Vader is thuis overleden. Hij mag in de kamer op zijn bed blijven liggen. Dat kan door de koeling onder zijn lichaam. Boven dien houdt de familie de kachel erg laag. Zo zitten ze met dekentjes op de bank. Dat hoeft niet van mij, maar ze hebben er zelf een goed gevoel bij De uitvaart is op 3e kerstdag. ‘t Is toch een raar idee, iedereen zit gezellig bij de kerstboom en hier is verdriet. Toch is het ook een serene tijd van verbinding. Het gezin is echt liefdevol naar elkaar toe. Dat brengt de dood vaak met zich mee. Open mind, open hart, liefde en begrip. Zoiets wat je in de kerstfilms ziet, maar dan in het echt. Geen overprikkelde taferelen en geen verwachtingen van perfectie.
Op 2e kerstdag halen we zelf de kist bij de kistenleverancier op. We doen het als de schemer invalt, zodat het niet een naar of ietwat raar beeld geeft voor de buren, die Kerstmis vieren met een diner. De zoon, een advocaat rijdt samen met zijn broer in een Zweedse stationwagen naar het kistendepot. Rond de klok van 5 tillen we de kist naar binnen. Met de 2 zoons samen, leggen we vader in zijn kist. Hij ziet er vredig uit. De familie durft het nu aan om de verwarming lekker op 21 graden te zetten. De warmte wordt voelbaar. Toch nog een warme kerst.
Ik ga naar huis en schuif aan bij het kerstdiner. Ze willen nèt beginnen met het toetje: een ijstaart. Ik houd van mijn werk… en van ijstaart.